Vorige week schreef ik over de vraag wat helpt: lieve familie helpt. Dat ging toevallig over mijn familie. Maar wij hebben meer familie: ook die van mijn man helpt, zoals deze week weer eens bleek.
De balans tussen draaglast en draagkracht is bij ons altijd enigszins uit evenwicht. Niet steeds compleet uit het lood, maar ook nooit helemaal in balans. Het lijkt allemaal soepel te lopen, tegelijkertijd hoeft er maar iets te gebeuren of het hele kaartenhuis dondert in elkaar. Een verstandelijk ernstig beperkt kind vergt nu eenmaal veel zorg en raakt makkelijk van streek. Niet alles is te voorzien, dus met enige regelmaat zitten we in een crisissituatie. Dat klinkt dramatisch, maar je raakt er ook aan gewend. Het is nu eenmaal zo.
Het gevaar van zo’n situatie is dat er dingen blijven liggen die eigenlijk echt gedaan moeten worden. Je ziet wel dat er iets moet gebeuren, maar je krijgt het niet georganiseerd, eigenlijk simpelweg omdat je de energie niet hebt. Zoals nieuwe vitrage. Wij wonen op de begane grond en hebben daarom vitrage. Vitrage vergaat echter na jaren, dus deze moest vervangen worden. We zagen het wel, zelfs elke dag bij thuiskomst, maar we kregen het op de één of andere manier niet georganiseerd. Ik vond het verschrikkelijk, maar kwam deze hobbel niet over.
En toen was daar ineens die reddende engel: mijn superhandige schoonzus. Die bood aan me te helpen. En zocht toen niet alleen een winkel uit, maar ging ook met mee, hielp me een keuze maken, en bood aan ze te naaien. Vandaag belde ze aan: met in haar linkerhand een naaimachine en in haar rechterhand een lockmachine (weet u wat dat is? Ik nu wel!). Ons huis veranderde in een heus naaiatelier en vijf uur later hadden wij nieuwe vitrage. Ik ben nog nooit zo gelukkig geweest met een paar meter stof.
Een schoonzus uit duizenden.
Dat helpt dus ook.
© Leontien Sauerwein