“Ok Vlinder, je mag kiezen. Of we gaan met Jop (de hond) naar het park, wandelen en in bomen klimmen. Of we gaan naar de Herdenkingsdienst in de kerk, waar veel gepraat wordt en je stil moet zijn.”
De zondag dreigde een beetje hangerig te worden, dus het werd tijd voor een uitstapje. Ik wilde zelf eigenlijk naar de jaarlijkse Herdenkingsdienst voor vluchtelingen die omgekomen zijn bij hun poging om Europa te bereiken, maar ik realiseerde me heel goed dat het geen zin had mijn wensen aan mijn dochter op te dringen. Ze kreeg de keuze en ik verkocht de kerk expres een beetje saai.
Haar antwoord zag ik niet aankomen. Ze was even stil en zei toen resoluut; “Kerk!”
Op de fiets de stad door: zij achterop met haar hoofdje leunend tegen mama’s rug naar de trappers kijkend. Liedjes neuriën. Verschillende buurten passeerden we. Het herinnerde me aan de jaren dat ik in het centrum werkte en bijna elke dag dezelfde weg aflegde. Dat passeren van die verschillende buurten had me altijd een heel vrij gevoel gegeven.
Ik zal geen rooskleurige versie van de dienst maken. De muziek had haar volle aandacht, maar tijdens de gebeden, inmiddels op schoot, hoorde ik ineens zachtjes: “Nie met de deur slaan, ja zuster, nee zuster.” Toen we in processie naar buiten liepen om bloemen in de Amstel te gooien, straalde ze echter weer. Op de terugweg fietste ik langs het Namenmonument. We legden een steentje bij de oma van mijn oudste vriendin om ook haar naam te noemen.
Via andere buurten weer naar huis. Een ontspannen vlinder achterop. Het was niet echt een typische kindermiddag geweest. Maar dat is het met haar bijna nooit.
Thuis bedacht ik me dat de kracht van de middag was dat ik haar zonder woorden had laten ervaren dat we verbonden zijn met elkaar: door de doden te herdenken, samen te zingen en achterop bij je moeder door de stad te fietsen.
En die taal zonder woorden verstaat ze wel.
© Leontien Sauerwein
Wat heb je dat weer mooi verwoord, Leontien!
LikeLike
Mooi Leontien
Heel mooi
Verstuurd vanaf mijn iPhone
LikeLike